Op weg naar een werkende plan-plan keten!

Plan-plan keten​​​​​​​
​​​​​​​Inleiding

Onder de Omgevingswet maken veel overheidsorganisaties gebruik van de expertise en capaciteit van gespecialiseerde stedenbouwkundige adviesbureaus. Om dit werk te faciliteren en uitwisseling mogelijk te maken is de zogeheten ‘plan-plan keten’ met bijbehorende uitwisselstandaard ontwikkeld. Deze uitwisselstandaard speelt een belangrijke rol wanneer er uitgewisseld wordt tussen applicaties van verschillende softwareleveranciers. Veilig samenwerken in de applicatie van de opdrachtgever is met SaaS-oplossingen immers al mogelijk. 

Om te ondervinden wat er goed gaat en wat er beter kan is de keten in oktober beproefd aan de hand van belangrijke gebruikssituaties. Deze proef is onder leiding van VNG Realisatie uitgevoerd met stedenbouwkundig bureau Rho Adviseurs en met de softwareleveranciers Giskit en Visma Roxit. In dit artikel delen we onze bevindingen met u. 

Samenwerken tussen overheidsorganisaties en bureaus

De uitwisseling tussen overheidsorganisaties en bureaus op basis van IMRO is robuust en werkt goed voor bestemmingsplannen. IMRO is ontwikkeld door het werkveld en maakt naadloze uitwisseling tussen de applicaties van verschillende leveranciers mogelijk.

Het bijhouden van het omgevingsplan vraagt om een andere manier van werken. Regels en geometrieën zijn niet langer aparte bestanden maar zijn met elkaar verbonden en worden integraal gemaakt. Ook wordt het maken en bijhouden van toepasbare regels een aspect waar rekening mee gehouden moet worden. Anders dan bij bestemmingsplannen dient een wijziging van het omgevingsplan na besluitvorming geconsolideerd te worden in het vigerende plan. Dat brengt uitdagingen met zich mee.

Technologische ontwikkelingen maken het mogelijk om met meerdere organisaties samen te werken in één document. Zo kunnen stedenbouwkundige bureaus, maar ook Omgevingsdiensten en Veiligheidsregio's met de gemeente samenwerken in en aan één (omgevings)document. Bijvoorbeeld het omgevingsplan of de omgevingsvisie. Deze samenwerking tussen vertrouwde partijen biedt veel voordelen maar is niet vanzelfsprekend wanneer de samenwerkende partijen verschillende software-oplossingen gebruiken. In dat geval biedt een uitwisselstandaard de oplossing. Meer dan bij de directe samenwerking vraagt dat ook om goede afstemming en werkafspraken.  

Wat is er beproefd?

In de proef zijn een aantal belangrijke gebruikssituaties gesimuleerd. De focus lag daarbij vooral op de uitwisseling van data voor een wijziging van het omgevingsplan en in mindere mate op het proces. Aspecten met betrekking tot toepasbare regels of complexe processen ten behoeve van een BOPA waren geen onderdeel van de proef.

De volgende gebruikssituaties zijn beproefd: 

  1. Het maken van een wijziging o.b.v. de actuele versie van omgevingsplan.
  2. Het maken van een wijziging o.b.v. de actuele versie van omgevingsplan inclusief het besluit met toelichting.
  3. Het maken van een wijziging o.b.v. een niet actuele versie van omgevingsplan.
  4. Het proces waarbij een ontwikkelaar aan een bureau opdracht geeft om een wijziging omgevingsplan voor te breiden t.b.v. een woningbouwproject. Een variant waarbij de ontwikkelaar en het bureau met de gemeente tot afspraken zijn gekomen over hoe dat moet gebeuren. Een tweede variant betreft hetzelfde proces, maar zonder betrokkenheid van de gemeente.
  5. Samenloop tussen verschillende versies.

Hoe is de proef verlopen?

  1. Rho Adviseurs heeft in Visma Roxit’s Rx.Base een deel van een omgevingsplan gemaakt bestaande uit regels en geometrie. Dit plan is geëxporteerd in het uitwisselformaat en daarna ingelezen in de Giskit plansoftware. 
  2. Vervolgens is in de Giskit-software een wijziging op het geïmporteerde plan doorgevoerd waarna het plan wederom is geëxporteerd in het uitwisselformaat. 
  3. Als laatste stap is het gewijzigde omgevingsplan ingelezen in de viewer van Rx.Base. Deze viewer is bedoeld ter ondersteuning van het besluitvormingsproces bij overheidsorganisaties. 

Welke conclusies zijn er getrokken?

Conclusie 1: Uitwisselen volgens de standaard werkt!

Downloaden uit de downloadservice werkt goed. Inlezen in de plansoftware lukt ook, maar kan in sommige gevallen nog niet automatisch. Het uitwisselen tussen twee plansoftware-applicaties gaat goed als je je aan de standaard houdt. Het toetsen van bestanden aan de DSO-validatieservice zou hierbij echt helpen. Deze toets was tijdens de proef nog niet mogelijk maar is dat binnen afzienbare tijd wel. 

Conclusie 2: Los ‘kinken in de kabel’ op

Voor een goede werking van de plan-plan keten is het cruciaal dat softwareleveranciers de uitwisselstandaard ondersteunen in hun software. Giskit en Visma Roxit lopen voorop maar geen enkele softwareleverancier is helemaal klaar. Ook het DSO zelf moet nog stappen zetten om alle onderdelen van de STOP-TPOD-standaard te ondersteunen.

Er ontstaan bij opdrachtgevers verschillende behoeften met betrekking tot uitwisseling. De een wil hele plannen uitwisselen en de ander kleine deelgebieden. Deze scenario’s dienen uitgewerkt en beproefd te worden om te ervaren wat nu mogelijk is. 

Conclusie 3: Regie voeren is cruciaal

Het is van groot belang dat opdrachtgevers zich bewust zijn van hun rol als regisseur en ook echt regie gaan voeren. Opdrachtnemers moeten zich bewust zijn van de noodzaak om het werkproces samen met de opdrachtgever vorm te geven en samen zorg te dragen voor een duidelijke opdrachtomschrijving. 

Conclusie 4: Blijf vooral doorgaan

Bovenstaande conclusies geven een optimistisch beeld van de huidige stand van zaken met betrekking tot de plan-plan keten. Er is echter nog veel werk te verzetten om de keten robuust te maken. Het is belangrijk dat iedereen daarbij zijn verantwoordelijkheid neemt. 

Hoe nu verder?

Bij de proef zijn meer partijen betrokken dan de drie die nu een aantal uitwisseling scenario's hebben gesimuleerd. Er zijn softwareleveranciers die nog geen uitwisselstandaard hebben ontwikkeld. Anderen zijn hier volop mee bezig en voldoen deels aan de huidige standaard. Met de volgende aandachtspunten moeten we de periode tot de Omgevingswet van kracht wordt aan de slag:

  • Een goede uitwisselstandaard ondersteunt de volledige STOP-TPOD-standaard. Ook wanneer de eigen visie een beperkte versie van de standaard inhoudt. Is dat niet het geval, dan ontstaat bij de uitwisseling mogelijk gegevensverlies. Dat is ongewenst en vraagt extra aandacht bij de afstemming tussen opdrachtgever en opdrachtnemer.
  • De proef heeft aangetoond dat uitwisseling op basis van de plan-plan uitwisselstandaard in de basis goed werkt. Om de uitwisselstandaard landelijk tot een succes te maken moeten alle softwareleveranciers deze niet alleen volledig ondersteunen, maar er uiteraard voor zorgen dat hun applicaties het uitwisselen eenvoudig en betrouwbaar maakt. 
  • Het is belangrijk dat opdrachtgevers handboeken maken waarin wordt beschreven wat opdrachtgevers verwachten van hun bureaus, wat de rol van het bureau wordt en welke rechten en plichten daarbij van toepassing zijn. 

Ten slotte

Directe en vertrouwde samenwerking binnen een brondocument verkiest de voorkeur. In gevallen waar uitwisseling noodzakelijk of gewenst is, kunnen we in de ‘plan-plan keten’ uit de voeten met de bijbehorende uitwisselstandaard. Om deze uitwisselstandaard robuust te maken moeten met de resultaten van de proef nog een aantal puntjes op de ‘i’ worden gezet. Voor de doorontwikkeling is het nodig om de extra tijd die het uitstel van de Omgevingswet biedt goed te gebruiken. Opdrachtgevers en -nemers moeten de samenwerking met verschillende combinaties van software goed in de praktijk gaan testen. Dat levert waardevolle gebruikerservaring op waarmee softwareleveranciers hun programmatuur verder kunnen ontwikkelen.

Heeft u een vraag?
Stel hem gerust.

Communicatie
communicatie@roxit.nl